Wel of niet inbakeren?

Wanneer je kindje erg onrustig is, veel indrukken te verwerken krijgt en zichzelf tijdens het slapen wakker slaat, is inbakeren een handige methode om geborgenheid te bieden. De armpjes kunnen dan niet meer bewegen maar de beentjes wel. Op deze manier kan je kindje zichzelf niet meer wakker slaan en ook niet de eventuele speen eruit slaan.

Inbakeren kan zorgen voor rust en een uitgeruste baby. Een uitgeruste baby heeft weer verschillende positieve effecten.

Rond de 4 á 5 weken is er een piek in onrust. Een baby doet dan vaak hazenslaapjes en schrikt snel wakker. Inbakeren kan dan helpen om rust en geborgenheid te bieden.

Rond 5,5 maand zullen de eerste tekenen zich voordoen dat het tijd is om te stoppen met inbakeren. Grijpen, optrekken en omrollen. Dit zijn tekenen om te stoppen met inbakeren en het af te bouwen. Baker je kindje niet meer in zodra hij kan rollen en blijf altijd in de buurt.

Er zijn een aantal situaties waarin inbakeren onveilig kan zijn. Een luchtweginfectie, heupafwijking, na een vaccinatie en koorts. Overleg met het consultatiebureau en leer de juiste inbakermanier.

Inbakeren heeft voordelen, maar geeft ook een risico op warmtestuwing en wiegendood.

Maak voor jezelf een overweging of je wil inbakeren of niet. Op onze babygroepen bakeren wij alleen in met toestemming van ouders en in goed overleg. Inbakeren gebeurd alleen door een pedagogisch medewerker die hiervoor instructies heeft gehad of is opgeleid.